Blog 32 – De Stadsreus

22 oktober 2023

Het is fris vanmorgen, de buitenthermometer staat op negen graden, mijn adem komt als een wit wolkje uit mijn mond. Ik trek een warme trui aan en loop de vochtige tuin in om wat inspiratie op te doen voor deze laatste blog. Binnenkort zal de temperatuur te ver dalen, de meeste insecten zullen sterven terwijl hun nageslacht als ei, larve of pop probeert te overwinteren. Om mij heen zie ik al de typische herfstkleuren van uitgebloeide bloemen en afstervende bladeren. Ik vermoed dat de laatste insecten zich dus wel verborgen zullen houden, ze zijn tenslotte koudbloedig. Hoewel, dankzij deze zachte nazomer staan er nog steeds her en der bloemen open.

Stadsreus

En dan ineens vliegt er een Stadsreus op. Even schrik ik zelfs, maar dan probeer hem direct te volgen. Gelukkig is hij, vermoedelijk door de kou, niet erg snel. Hij gaat zelfs verderop op een salieblad zitten. Gauw eerst een foto met mijn smartphone maken. Het is een vrouwtje, dat zie ik aan haar ogen. Die zijn kleiner dan bij een mannetje. En de kop is lichter. Ik blijf verbaasd kijken. Zo laat in het jaar nog een Stadsreus! Mijn meest late waarneming van de afgelopen vijf jaar is van 19 augustus jl. Toen zag ik een mannetje. Maar als ik op Waarneming.nl kijk naar waarnemingen van anderen, stel ik vast dat deze zweefvlieg inderdaad nu nog in het hele land wordt gezien. Stadsreuzen zijn de laatste dertig jaar trouwens steeds vaker in Nederland te zien. Waarschijnlijk kunnen ze zich hier nu ook voortplanten, maar omdat het goeie trekvliegen zijn, komen de meeste Stadsreuzen misschien toch vanuit het zuiden hierheen. Met name de vrouwtjes zijn goede vliegers. Zuid-Limburg is een goeie plek om ze te vinden en dan vooral de steden, die warmte goed vasthouden. Vandaar het eerste deel van de naam. Het tweede deel heeft deze zweefvlieg te danken aan zijn grootte. Zowel het mannetje als het vrouwtje wordt ongeveer twee centimeter! 

Ik vind het een prachtige vlieg: wespachtig, opvallend en groot. Als ik hem zie, schiet er altijd eerst een fractie van een seconde iets van schrik door me heen vanwege dat wesp- of hoornaarachtige van zijn uiterlijk. Ik denk dat een hongerige vogel dat ook wel zal hebben en een Stadsreus vaak links laat liggen. 

Maar na die eerste reactie neemt mijn jachtinstinct het over: zo snel mogelijk een goede foto proberen te maken. Pas daarna kan het beest rustig bekeken worden, al blijft dat in de zomer makkelijker.

Dan zijn ze goed te benaderen en vind je ze op Koninginnekruid, Phlox, Valeriaan, Veronicastrum en Vlinderstruik. Allemaal paarsachtige bloemen valt me op.

Wespennest

Wat ik behalve het uiterlijk fascinerend aan Stadsreuzen vind, is hun leefwijze. Het vrouwtje legt namelijk haar eitjes in een wespennest. De uitgekomen jonge stadsreuzen leven van afval, restanten van binnengebrachte prooien door wespen-werksters en van dode wespen (zowel larven, poppen als volwassen exemplaren). Een Stadsreus levert dus tegelijk een belangrijke schoonmaakploeg af. Hun larven vreten zich vol met hun wespenmaal en overwinteren in het ondergrondse nest. De temperatuur daar is redelijk stabiel. Pas bij de naderende zomer verpoppen ze en ontwikkelen zich tot volwassen vlieg. Vanaf mei-juni komen ze weer boven de grond en begint alles opnieuw.

Witte reus

Een neefje van de Stadsreus is de Witte reus, ook een zweefvlieg, legt eveneens eieren in wespennesten, maar zoekt ook wespennesten boven de grond.

Volwassen geworden zoeken deze insecten vooral nectar op witbloemigen, zoals vlier en braam. In mijn tuin vind ik ze op Witte troswederik. 

Volgend jaar

Hiermee is dit mijn laatste blog van dit jaar. Als je meer wilt weten, lees dan het leuke artikel van Menno Reemer van Naturalis: Stadsreus steekt hoofd in wespennest.  

Heb je nog vragen stuur dan een email naar: Henk@wilmkebreek.nl

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2023/10/blog-32-de-stadsreus/